Courgette: weetjes en tips

Courgettes vind je in allerlei vormen en kleuren: langwerpig of bolvormig, geel, groen of wit, gestreept … Het is geen verrassing dat de courgette familie is van de komkommer, gelet op de vorm. Wij zochten nog een aantal leuke weetjes en tips uit over de courgette, 1 van de makkelijkst te telen groenten.
 

• ‘Courgette’ komt van het Franse ‘courge’, wat merg betekent. De vrucht wordt dan ook weleens ‘mergpompoen’ genoemd.
   
• De vrucht is het lekkerst als hij nog niet te rijp is. Meestal wordt hij al geoogst vanaf 10 centimeter, tot ongeveer 30 centimeter. Grotere exemplaren krijgen harde zaden en vruchtvlees. Als je ze laat groeien, kunnen de vruchten tot wel 80 centimeter groot worden.
   
• De bloem van de courgette is eetbaar, gefrituurd of gevuld. Kleine vruchten waar nog een bloem aanzit worden verkocht als ‘courgette fleur’, een delicatesse in zuiderse landen.
   
• Courgettes bevatten oorspronkelijk de giftige stof cucurbitacine. Telers slaagden erin om het gehalte te herleiden tot 0. Toch kunnen zelfgekweekte courgettes een hoge hoeveelheid cucurbitacine bevatten. Deze stof geeft een bittere smaak, dus vermijd courgettes die bitter smaken.
   
• Je hoeft de schil niet te verwijderen. Ook de zaden mag je laten zitten, op voorwaarde dat ze nog niet te hard zijn. De kook- en baktijd bedraagt ongeveer 8 minuten, maar je kan courgette ook rauw eten.
   
• Een courgette moet stevig aanvoelen. Let er ook op dat er steeds een steeltje aanwezig is bij een geoogst exemplaar, want anders worden ze sneller rot.
   
• Bewaar de courgette op een koele plaats (10 tot 13 graden), maar niet in de koelkast.
   
• Met courgette kan je op culinair vlak heel wat kanten uit. In een salade, gevuld met groentjes of vlees, in een gratin ...